candidate.card.title

candidate.card.description

Delhaize: een ongelijke strijd

06/03/2024 | FR / NL

Precies een jaar geleden viel de leeuw. Op 7 maart 2023 kondigde Delhaize haar intentie aan om haar volledige winkelpark te willen franchiseren. Dit nieuws kwam onverwacht en voelde ook erg onrechtvaardig aan voor de meer dan 9.000 trouwe werknemers van de keten. Hun job werd van de ene op de andere dag te koop gezet. Loopbanen, levens en gezinnen kapotgemaakt onder het juk van harteloos kapitalisme. Dit was een strategische beslissing van de directie, uitsluitend ingegeven door financiële belangen. Het was ook een handige manier om de sociale dialoog te ontmantelen en van de vakbonden af te komen.

In haar haast om te franchiseren ging de directie niet zachtzinnig te werk. Ze voerde haar plannen stap voor stap, berekend uit. 365 dagen later is iets minder dan de helft van de winkels daadwerkelijk gefranchiseerd (53 van de 128). 

Noch de felle strijd die we voerden, noch de ontreddering van de werknemers hebben de directie van haar koers kunnen afbrengen. Had ze wel de macht om dat te doen, of was de Belgische directie, zoals we vanaf het begin hebben gedacht, dat de Belgische directie niets meer dan een marionet van de Nederlanders?  Het moet gezegd, Delhaize heeft veel hulp gehad bij haar duistere plannen, met dank aan de steun van het gerecht en de inertie van de regering, ook al heeft de minister van Werk geprobeerd het herstel van de sociale dialoog af te dwingen. Dit was de strijd van de Delhaiziens. Het was ook die van een hele sector. Het is de strijd voor de toekomst van onze jobs en onze arbeidsvoorwaarden.  

Eén jaar later maken de media vaak een ongenuanceerde balans op. Terwijl destijds door iedereen moord en brand werd geschreeuwd, en de onverantwoordelijke en gewetenloze houding van de directie werd aangeklaagd, vergeet men vandaag dikwijls de houding van Delhaize en zijn het de vakbonden die de slechte punten krijgen. Wat horen en lezen we nu overal? De vakbonden zouden over de hele lijn verloren hebben. De stakingen en alle ophef over Delhaize zouden voor niets zijn geweest. De syndicale strategie was niet de juiste. De beslissing was zo voorspelbaar, gezien de evolutie van het model in de handel. Bedrijven zouden toch doen wat ze willen en het sociaal overleg zou hier niets meer kunnen aan veranderen.

Fout. Als je het vanuit deze invalshoek bekijkt, zie je immers enkel het topje van de ijsberg. Als we tot conclusies willen komen, moeten we rekening houden met alle elementen.

De oorverdovende stilte van de politici heeft Delhaize geholpen om haar plannen uit te voeren. Er was duidelijk geen eensgezindheid binnen de regering om het gemanipuleer van Delhaize te veroordelen. Rechts wilde immers de vrijheid van ondernemen – lees: alles kapotmaken – niet aan banden leggen en wou de kleine zelfstandige te hulp schieten die de wereld van de handel op zijn kop zou zetten. Ervoor kiezen om niets te doen is goedpraten, meewerken. Aan de ene kant staan de media vol met grote verklaringen van onze politieke leiders over de schandalige houding van Delhaize. Aan de andere kant hebben ze geen vinger uitgestoken en hebben ze laten begaan, omdat er geen consensus tussen hen was. Je kunt je afvragen of de dingen anders zouden zijn gelopen als de aankondiging vandaag was gedaan, een paar weken voor de verkiezingen. Zouden ze een strengere houding hebben aangenomen tegenover de directie om hun gemanipuleer te veroordelen en de werknemers beter te beschermen? Sommige media hebben de vraag gesteld... zonder er een antwoord op te geven. 

Ook het gerecht heeft niet stilgezeten. En het is in actie geschoten om de klus te helpen klaren. Door stakingsacties te breken via eenzijdige bevelschriften. Door de strafklachten te verwerpen die de vakbonden hadden ingediend om het negeren van de wet-Renault aan te klagen. En heel recent nog, door zich te verzetten tegen ons verzoek om CPBW's (Comités voor Preventie en Bescherming op het Werk) op te richten voor de nog niet gefranchiseerde winkels, zodat er sociale verkiezingen konden worden gehouden. Onze eisen waren legitiem. Nochtans koos het gerecht er telkens voor om de directie in het gelijk te stellen en zo het pad te helpen effenen voor de totale vernietiging van elke sociaal overleg. In deze zaak namen de rechtbanken de plaats in van de sociale organen. Ter herinnering, dit zijn tienduizenden stakingsdagen die hebben plaatsgevonden, zonder enig geweld, zonder enige escalatie. Tegenover ons hebben we rechters die de voorkeur hebben gegeven aan de vrijheid van ondernemen in plaats van aan het respect voor het stakingsrecht, (over)ijverige deurwaarders en tenslotte ordediensten die de waterkanonnen er maar al te graag bijhaalden om de piketten te doorbreken.

We betreuren het ten zeerste dat Delhaize ervoor gekozen heeft om voortdurend rechtbanken in te schakelen. Een respectvolle en voluntaristische sociale dialoog had tot heel andere oplossingen kunnen leiden die representatief zijn voor het Belgisch sociaal overleg dat ons zo dierbaar is. Delhaize heeft nooit oplossingen willen zoeken. Om te onderhandelen moet je met twee zijn. Maar van bij het begin stuitten we op bestuurders die niet bereid waren om een echte dialoog aan te gaan. We hebben nooit de deur gesloten voor onderhandelingen, maar er was sowieso geen sprake van. Aan het begin van het conflict moesten we immers meer dan een maand wachten op de directie (een skireis ging voor) alvorens we rond de tafel konden gaan zitten. De prioriteiten van de ene zijn niet die van de andere.

De laatste dagen bulkt het in bepaalde media van artikelen en uitspraken van "specialisten" die beweren dat, als de situatie zo is, dat komt omdat de vakbonden er niets van hebben begrepen, dat ze slechte verliezers zijn of dat ze de handel al jaren niet hebben zien evolueren. Erger nog, de vakbonden zouden er enkel op uit geweest zijn om het lokaal ondernemerschap over de kop te doen gaan. 

Hier is niets van aan, wij betreuren deze onophoudelijke en beladen karikaturen. Het zijn de werknemers die verloren hebben. Met dit dossier worden de arbeidsvoorwaarden van de hele sector naar beneden gehaald. Wanneer op geld beluste werkgevers (het rendement voor de aandeelhouders steeg dit jaar met 5%) hun almacht op deze manier demonstreren en wanneer het gerecht en de politici hieraan bijdragen of gewoon laten begaan, is het alsof je een blanco cheque geeft aan zoveel andere bedrijven.

In wat de afgelopen dagen in de pers werd belicht, staan ook getuigenissen van werknemers die benadrukken dat alles goed gaat bij de gefranchiseerden. Maar het is niet na drie maanden franchisering dat we deze vragen moeten stellen en diegenen die getuigen nemen geen enkel risico en praten dus hun werkgever maar naar de mond... Over twee of drie jaar moeten we de balans opmaken: hoeveel faillissementen zullen er geweest zijn, hoeveel werknemers zullen er nog aanwezig zijn in de winkels, hoeveel Delhaiziens zullen er nog écht zijn? Hoeveel flexi-jobbers of studenten zullen hen vervangen hebben? We zullen niet meer kunnen beschikken over al deze statistieken... Want er zullen geen CPBW’s, Ondernemingsraden of syndicale afvaardigingen meer zijn die het recht hebben hierom te vragen. Op sommige plaatsen zullen de werkrelaties harmonieus zijn, op andere niet. Stilte en tijd zullen hun werk doen om de sporen van dit bittere conflict uit te wissen.

Tot slot toonde de Delhaize-case opnieuw dat er nood is aan een debat over de harmonisering van de paritaire comités en de toekomst van de sector. Het model van de handel is volop in beweging en moet opnieuw worden uitgevonden. Al meer dan 25 jaar vragen de vakbonden om hierover te praten. Jarenlang was hierover geen enkele dialoog met de werkgeversorganisaties mogelijk. Als we een toekomst willen veiligstellen voor de handel en voor de tewerkstelling van de duizenden werknemers in de sector, moeten alle aspecten eindelijk besproken en aangepakt kunnen worden. Een paar dagen geleden publiceerde Comeos zijn memorandum. Er wordt met geen woord gerept over de toekomst van de handel, de paritaire comités of het sociaal overleg. Om de toekomst van de sector veilig te stellen is sociaal overleg echter de enige manier om eerlijke en evenwichtige oplossingen voor alle betrokkenen te garanderen. Het is enkel op die manier dat we dit kunnen bereiken. Het geval van Delhaize moet een voorbeeld blijven dat niet herhaald mag worden, en niet omgekeerd. Laten we, 365 dagen later, hier de nodige lessen uit trekken voor de toekomst. Onderhandelen wanneer mogelijk (en vooral als we met twee zijn om dit te doen) en strijden wanneer nodig!

Ja, één jaar later zitten we met een bittere smaak in de mond. Dit laat zijn sporen na. Maar we leren er wel iets uit. Er is een periode vóór en na Delhaize. Morgen zullen we opnieuw de strijd aangaan en zullen we aan de zijde van de werknemers van Delhaize staan, zowel bij de gefranchiseerden, de depots  als de centrale diensten. Wij zullen blijven strijden voor sociale rechtvaardigheid. We zetten onze missie voort tot het bittere einde. Dus waakzaam blijven, aanklagen en nooit opgeven.