Het Vlaamse zorgnetwerk Zorgnet-Icuro wil dat werknemers kunnen kiezen om hun bijkomende verlofdagen om te zetten naar een premie. De werknemers in de zorgsectoren hebben vanaf 45 jaar recht op extra verlof om het werk langer vol te houden. De BBTK is erg verbaasd omdat dit op vandaag al mogelijk is, maar er amper gebruik van wordt gemaakt. Bovendien stellen we vast dat ook werknemers jonger dan 45 jaar, die de bijkomende verlofdagen dus nog niet genieten, in de praktijk minder dan voltijds werken, op vraag van de werkgevers.
Deeltijdse contracten zijn de norm in de social profit. Het personeelstekort in de zorg zal dus zeker niet opgelost worden door de 45-plussers meer te laten werken in ruil voor een premie.
Het helpt ons niet dat Zorgnet-Icuro verlofrechten in vraag stelt, terwijl de sector smacht naar bijkomend personeel. Integendeel, de socialistische vakbond pleit net voor een uitbreiding van het systeem naar iedereen in de sector, om het werken aantrekkelijk en haalbaar te maken, en net omdat deeltijds werk organisatorisch vandaag de norm is.
Daarnaast vroeg minister Vandenbroucke in het kader van federale onderhandelingen met de sector, naar een prioriteitenlijst van zowel werkgevers als vakbonden. Dit voorstel van Zorgnet-Icuro is nergens terug te vinden tussen die prioriteiten, terwijl ze in de media vragen om dit voorstel op het sociaal overleg te brengen. Wij stellen dan ook voor om het debat sereen rond de onderhandelingstafel te voeren, en niet in de media. Daarom moeten de onderhandelingen voor sociale akkoorden met zowel minister Vandenbroucke (federaal) als minister Gennez (Vlaams) zo snel mogelijk opgestart worden.
Ook wie jonger is, werkt vaak minder dan voltijds
Wat Zorgnet-Icuro voorstelt kan in de praktijk al. Verpleegkundigen hebben de optie om hun extra verlofdagen om te zetten in een premie. Dat systeem wordt echter zeer weinig gebruikt door zij die het kunnen. Werkgevers zouden vanaf 45 jaar ook een contractuitbreiding kunnen aanbieden aan hun personeel waardoor hun aantal werkuren dezelfde blijven, maar hun loon stijgt. Ook dit gebeurt nauwelijks in de praktijk.
Het extra verlof heeft bovendien het gewenste effect. In de zorg werkt een recordaantal tot zijn 65 jaar (62.9%) terwijl dat in bijvoorbeeld de bouw maar 38.9% is. Mensen blijven langer aan de slag omdat ze het werktempo wat kunnen verlagen. Dit extra verlof verdient zichzelf op die manier terug en ligt in lijn met de verwachting van de federale regering dat iedereen langer aan het werk blijft.
Daarnaast wil Zorgnet-Icuro dit nog flexibiliseren per werkjaar, waarbij medewerkers per jaar kunnen kiezen voor dagen of premie. Hierdoor vergroot het risico op constante schommelingen in de personeelsbezetting en dus ook in de contracten en in de flexibiliteit in de uurroosters, net wat we niet nodig hebben in de sector.
Het probleem is dan ook niet de extra verlofdagen van de 45-plussers. Ook wie jonger dan 45 jaar is, krijgt zelden een voltijds contract. Dit betekent dat er enorm veel arbeidspotentieel niet gebruikt wordt. Deeltijdse werknemers zijn gemakkelijker in te plannen. Bovendien wordt er de werknemers zodanig veel flexibiliteit gevraagd dat deeltijds werk nodig is om de balans tussen werk en gezin leefbaar te houden. De werknemers betalen hier wel een prijs voor: ze krijgen minder loon en bouwen minder sociale rechten op. Niet elke werknemer is bereid deze opoffering te maken.
De BBTK vraagt daarom om de redenering om te keren en te gaan voor een verlaging van de voltijdse norm, die de sector aantrekkelijker zal maken. Door de arbeidsduur voor de hele sector te verlagen en de deeltijdse werknemers dus dezelfde sociale rechten te geven als voltijdse werknemers, zal werken in de sector aantrekkelijker worden. Er zou even veel gewerkt worden, maar met betere voorwaarden. We weten namelijk dat heel wat mensen met een diploma voor de zorg, niet in de zorg werken omdat het te zwaar is of omdat het deeltijdse loon onvoldoende is. Die mensen willen we opnieuw naar de sector halen én mensen motiveren om te kiezen voor een job in de zorg. Zo vermijden we ook om nog meer druk te zetten op wie nu in de sector werkt.
Door het systeem van de 45-plussers uit te breiden, zouden we net ademruimte voor iedereen kunnen creëren en duurzame instroom garanderen. Alleen zo zullen we voldoende handen aan het bed krijgen.